De stijging van het beschikbare inkomen is het gevolg van verlagingen van de tarieven van de inkomstenbelasting plus verhoging van de toeslagen en hoe hoger het salaris, hoe hoger de stijging, blijkt uit de cijfers. De cijfers zijn exclusief wettelijke loonsverhogingen en kunnen dus voor sommige mensen hoger uitvallen.
Tegelijkertijd heeft het ministerie cijfers gepubliceerd die de verwachte ontwikkeling van de koopkracht volgend jaar illustreren. De totale koopkracht zal voor het achtste jaar op rij stijgen, hoewel de stijging in 2021 de laagste is van de afgelopen drie jaar.
Ongeveer de helft van de huishoudens zal genieten van een stijging van het besteedbaar inkomen met meer dan 1 procent. Alleenstaande ouders met een minimumloon en gepensioneerden met een relatief hoog bedrijfspensioen zullen echter iets slechter af zijn, het laatste omdat het onwaarschijnlijk is dat bedrijfspensioenen worden geïndexeerd.
Minister van Sociale Zaken, Wouter Koolmees zei dat in de koopkrachtprognoses geen rekening wordt gehouden met de mogelijke impact van het coronavirus op banen en inkomen. “Dit betekent met name dat sommige huishoudens zichzelf niet herkennen in de cijfers”.
©NieuwsOn